Europa gaat de afvalwetgeving flink verbeteren. Belangrijkste punten in de deal waar de milieucommissie dinsdag haar steun voor uitsprak, zijn het uitfaseren van het storten van afval en bindende doelstellingen voor recycling. Europarlementariër Bas Eickhout is vooral tevreden met de omschakeling in denken over afval: “De omslag naar een kringloopeconomie is even noodzakelijk als onvermijdelijk.”

De milieucommissie van het Europees Parlement stemde dinsdagochtend formeel in met de deal die onderhandelaars namens het Europarlement bereikten met vertegenwoordigers van de EU-landen.

Storten uitfaseren

Deze herziening is een flinke verbetering van de huidige afvalwetgeving. Eickhout: “Heel belangrijk: We gaan het storten van afval uitfaseren. Ook hebben we een aantal bindende doelstellingen vastgesteld die ervoor zullen zorgen dat we steeds meer afval gaan recyclen.” Verder springen ook de extra verplichtingen rondom gescheiden inzameling van afval in het oog, een absolute noodzakelijkheid om hoge kwaliteit van recyclebaar materiaal te garanderen.

“Ons huidige lineaire economische model waarin we telkens nieuwe grondstoffen winnen om ze vervolgens weg te gooien alsof het niets is, is onhoudbaar”, aldus Eickhout. “Nooit eerder is zo duidelijk in EU-wetgeving vastgelegd dat we daar vanaf moeten. Nu is het zaak om door te pakken.”

'Productie' van afval

Naast de afvalkant van de circulaire economie, moet ook veel beter gekeken worden naar de productiekant. Want nog beter dan slim omgaan met 'afval', is om het creëren ervan überhaupt te voorkomen. Een herziening en uitbreiding van de ecodesignrichtlijn is in dat opzicht een no-brainer. “Die wetgeving moeten we zo snel mogelijk aanscherpen”, stelt Eickhout.

Nu de milieucommissie akkoord is met de deal, moet het voltallige Europarlement zich er nog over uitspreken. Een formaliteit die waarschijnlijk in de week van 12 maart zal plaatsvinden.

De hoofdpunten uit de deal:

  • Uitfasering van het storten van afval. In 2035 mag nog maximaal 10 procent van het gemeentelijk afval gestort worden.
  • In 2025 moet 55 procent van het gemeentelijk afval gerecycled worden, dit percentage wordt in de loop der tijd verder opgehoogd tot 65 procent in 2035. Nog belangrijker dan het percentage is echter dat er een strikte rekenmethode is ontwikkeld om de hoeveelheid gerecycled afval vast te stellen.
  • Terugdringen voedselverspilling. Een aspirationele doelstelling die stelt dat voedselverspilling in de EU met 30 procent verminderd moet zijn in 2025 en 50 procent in 2030. Ook moet de Europese Commissie een definitie van ‘voedselafval’ ontwikkelen.
  • Gescheiden inzameling van afval. Vanaf 2023 moet biologisch afbreekbaar afval, zo goed als zonder mogelijkheid tot uitzonderingen, gescheiden ingezameld worden. Ook wordt het moeilijker voor EU-landen om af te wijken van de verplichting om plastic, hout, metalen en glas apart in te zamelen.
  • Uitgebreide producentenverantwoordelijkheid. De basis is gelegd om producenten meer verantwoordelijkheid te geven voor de kosten die hun producten opleveren nadat ze afgedankt zijn.
  • Betere verpakkingen. In 2025 moet 65 procent van het verpakkingsmateriaal gerecycled worden, en in 2030 wordt de verplichting opgehoogd naar 70 procent.
  • Gevaarlijke stoffen. Een circulaire economie moet schoon zijn. Het mag niet zo zijn dat mensen in aanraking blijven komen met giftige stoffen omdat ze in een cirkel van recycling zitten. Voordat materiaalstromen de kringloop in worden gebracht, moeten ze dus eerst opgeschoond worden.