Het is onderhandelaars van het Europarlement en de EU-landen woensdagnacht niet gelukt om tot een akkoord te komen over nationale limieten voor de uitstoot van luchtvervuilende stoffen. “Een zeer teleurstellende uitkomst”, aldus Europarlementariër Bas Eickhout die onderhandelde namens de Europese Groenen.

“Deze wetgeving had het paradepaardje van het Nederlandse EU-voorzitterschap moeten worden en gezien de inzet van de Nederlandse regering was dat ook zeker verdiend geweest”, zegt Eickhout. “De resterende tijd lijkt te kort om dat alsnog te bewerkstelligen.”

Belang van wetgeving is moeilijk te onderschatten

Vuile lucht leidt tot hoge sterftecijfers, grote economische schade en trekt zich niets aan van landsgrenzen. Het belang van Europese wetgeving die de mate waarin lidstaten de lucht mogen vervuilen steeds verder terugdringt, is moeilijk te onderschatten.

“De wetgeving moet echter wel zinvol zijn”, stelt Eickhout. “Dat betekent dat EU-landen niet de vrijheid mogen hebben om tot 2030 helemaal niets te hoeven doen.” Eickhout wil tussentijdse momenten instellen waarop lidstaten verantwoordelijk gehouden kunnen worden als ze de wet niet na leven. Verder wil Eickhout niet dat er zoveel uitzonderingen ingebouwd worden dat er altijd een excuus blijft voor lidstaten om meer vervuiling uit te stoten dan is afgesproken.

“Kortom, een rechter moet ervoor kunnen zorgen dat de afspraken nageleefd worden. Dat is echter precies wat een meerderheid van de lidstaten probeert te voorkomen en daar is het op vastgelopen gisternacht. En toen hadden we het nog niet eens gehad over het heetste hangijzer: het ambitieniveau van de nieuwe wet.”

Laatste poging

Eickhout wil nog een keer proberen om tot een gezamenlijke tekst te komen, voordat de Europese Milieuministers bij elkaar komen op 20 juni. “Deze wet moet zo snel mogelijk ingevoerd worden. Ik vrees echter dat een week tijd niet genoeg is om voldoende lidstaten van gedachte te doen veranderen. De onderhandelingen zullen dus waarschijnlijk onder een ander voorzitterschap afgerond worden.” stelt Eickhout.