In 2013 namen we als partijbestuur een pijnlijk besluit: het GroenLinks magazine werd niet langer automatisch aan alle leden gestuurd. De online-versie moest die rol als informatief en opiniërend blad overnemen. Wie het “papieren” magazine wilde blijven ontvangen, werd gevraagd zich te abonneren voor de somma van 9,90 euro per jaar. Dat werden uiteindelijk slechts enkele honderden abonnees. Ook na een aantal malen vragen. Dat ging zo dus niet.

Maar hoe dan wel? Was er inderdaad zo weinig belangstelling voor een papieren blad; was dit het overduidelijke bewijs dat bijna iedereen zich tegenwoordig alleen nog via online kanalen informeert? Of juist het bewijs dat het aanbod van een abonnement niet werd opgemerkt tussen alle andere berichten via ledenmails, nieuwsbrieven, (online)magazine, website, twitter en facebook?

We stelden als bestuur een commissie in van deskundige en betrokken leden. Die commissie liet onderzoek doen onder álle leden en een groot aantal sympathisanten.
De uitkomsten geven enige duiding en stemmen optimistisch, maar toch blijft het complex. Ja, mensen informeren zich steeds meer via online media. Ons belangrijkste communicatiemiddel is onze website. Krijgen onze leden te veel informatie? Dat blijkt niet: sommigen willen juist nog méér geïnformeerd worden. Desinteresse? Blijkt niets van: er is relatief hoge waardering voor onze media. En...er blijft ook behoefte aan “papier”. De attentiewaarde van informatie op papier is vaak hoger. En het geeft -in elk geval voor sommigen- meer binding. Zoals Jos van der Lans het al eens verwoordde: het Magazine als het enige  “tastbare” dat je van de partij krijgt.

Zo. Maak daar maar weer eens chocola van. Binnen de heel krappe financiële mogelijkheden.
We gaan het proberen. Weloverwogen, maar zonder garanties. Lees vooral wat er allemaal verandert. Eén onderdeel noem ik hier alvast: we gaan ook weer een bescheiden blad op papier uitbrengen. Dat zal niet meer zijn dan twee keer per jaar, maar voor ieder die niet per e-mail of internet kan óf wil worden bediend, zal het kosteloos beschikbaar zijn.

Rik Grashoff,
Voorzitter