Donderdag bracht paus Franciscus de encycliek Laudato Si' uit over klimaatverandering. Europarlementariër Bas Eickhout las 'm door en schreef een uitgebreide analyse over het geopolitieke belang van deze brief van Zijne Heiligheid aan zijn volgers.

Eind dit jaar zullen wereldleiders in Parijs een bindend wereldwijd akkoord om klimaatverandering tegen te gaan moeten sluiteen en daarmee het debacle van Kopenhagen in 2009 doen laten vergeten. Al Gore is natuurlijk al flink aan het campaignen, maar ook onverwachte gezichten duiken op in het klimaatdebat. Vorige week kwam Pharell met een oproep om te investeren in groene banen. Ja, Pharell. Iemand die toch doorgaans meer publiek trekt dan VN-chef Ban Ki-Moon die ook verwoede pogingen doet om de arme en rijke landen bijeen te krijgen om de opwarming van de aarde tegen te gaan.

Vandaag komt daar nog zo’n publiekstrekker bij: de paus. De UNFCC, het onderdeel van de Verenigde Naties dat zich met klimaatverandering bezig houdt, tweet zich al suf. Dit zou wel eens een belangrijk moment kunnen zijn om de patstelling tussen de ontwikkelingslanden en de rijke landen te doorbreken. Maar zou de klimaat-encycliek van paus Franciscus werkelijk een verschuiving in het geopolitieke veld teweeg brengen waardoor de kans op een klimaatakkoord vergroot wordt?

Klimaatonderhandeling worden gekenmerkt door 'realpolitik', landen blijken altijd zoveel mogelijk nationale belangen na te jagen. Coalities worden gevormd om hun gezamenlijk belang gehoord te laten worden. Ontwikkelingslanden, opkomende economieën en gevestigde economische machten hebben zeer tegenstrijdige belangen. En uiteindelijk komt het natuurlijk vaak neer op geld en economische belangen. Belangenconflict is de grootste oorzaak achter de moeizame vooruitgang die geboekt is tijdens meer dan twintig jaar aan klimaatonderhandelingen.

Europa

In Europa is Polen de grootste rem op het klimaatbeleid. Als aanvoerder van de zogenaamde Visegrádgroep (Polen, Hongarije, Tsjechië en Slowakije) weten ze regelmatig een blokkerende minderheid te vormen in de Europese Raad van Ministers. Op deze wijze houden ze ambitieuze doelstellingen op klimaatbeleid tegen. De Nederlandse regering maakt hier maar al te graag gebruik van in de communicatie naar het thuisfront. “We zouden best willen, maar ja, die Polen, hè?” En zo blijft onderbelicht dat Nederland ondertussen minder goed scoort dan Polen als het om bijvoorbeeld duurzame energie gaat.

Ondertussen lukt het Polen telkens weer om grote hoeveelheden aan gratis CO2-emissierechten veilig te stellen. Dit drukt de CO2-prijs en ondermijnt zodoende de werking van het Europese emissiehandelssysteem (EU-ETS).

De verklaring voor de Poolse opstelling is simpel: Kolencentrales produceren 93 procent van de elektriciteit en de sector biedt werk aan meer dan 100.000 mensen. De Poolse economie groeit al jaren hard, wat uiteraard een stijgende energievraag met zich meebrengt, die opgevuld wordt door nog meer kolen te verstoken. De Poolse regering wil de groei uiteraard doorzetten. Strikt klimaatbeleid zal er echter voor zorgen dat het land het huidige model achter de Poolse economische groei moet omgooien. Daarnaast is er de angst dat klimaatbeleid een transitie naar Russisch gas betekent; niet echt een populaire boodschap op dit moment.

Een census uit 2011 toont dat bijna negentig procent van de Poolse bevolking rooms-katholiek is. De encycliek zou daarom voor schuring kunnen zorgen binnen het tot nu toe partijoverstijgende verzet tegen klimaatbeleid. Dit is interessant gezien de parlementaire verkiezingen die in oktober dit jaar plaatsvinden: vlak voordat de klimaatonderhandelingen in Parijs van start gaan. Als de paus erin slaagt om het debat in Polen op gang te krijgen dan is dat pure winst. Wanneer Polen gaat bewegen in Europa, zal Europa meteen stappen kunnen zetten naar ambitieuzer beleid. En dat straalt weer positief af op bijvoorbeeld de ontwikkelingslanden die – niet altijd even terecht – wijzen naar Europa, omdat die in hun ogen te weinig doet. En zo gebruiken die eenzelfde redenering als de Nederland met de Polen “Ja, die Europeanen die doen te weinig, dan kunnen wij ook niks.”

Brazilië, met de B van BASIC

Ongeveer 65 procent van de Braziliaanse bevolking is katholiek. Brazilië is een grote speler op het klimaattoneel. Het maakt deel uit van een landenblok genaamd BASIC (Brazilië, Zuid-Afrika, India en China). Deze landen hebben, als snel opkomende economieën, overeenkomstige belangen. Sinds de klimaatonderhandelingen in Kopenhagen bundelen ze hun krachten in een gezamenlijke agenda en zijn een machtig blok tussen de allerarmste landen en de gevestigde economieën. Krijg je hen mee, dan is er veel gewonnen.

Tot voor kort had Brazilië een progressieve opstelling. Zo kwam het land tijdens de vorige klimaatonderhandelingen in Lima met 'the Brazilian proposal'. Zij stelden een sleutel voor waarmee de huidige onderverdeling tussen arme en rijke landen in het Kyotoprotocol (de zogenaamde annex I- en niet-annex I-landen) kon worden opgeheven. Een belangrijke manier om ook ontwikkelingslanden te stimuleren om mee te laten komen in klimaatbeleid.

Echter, klimaat is, ondanks de extreme droogte die het land onlangs teisterde, niet langer een prioriteit van de Braziliaanse regering. Zo heeft het land nog niet een klimaatbelofte (INDC) aangeleverd wat wel was afgesproken bij de laatste top in Lima. Als de encycliek kan bijdragen aan meer publieke druk en daarmee hernieuwde interesse bij de Braziliaanse beleidsmakers dan zou dit positief kunnen bijdragen aan een akkoord dit jaar.

De Verenigde Staten

Uiteraard speelt de VS, als één na grootste economie en met de hoogste CO2-uitstoot per capita, een cruciale rol tijdens de klimaatonderhandelingen. Amerika kent veel klimaatsceptische Republikeinen. De timing van de klimaat-encycliek vlak voor een bezoek van de paus aan de VS is dan waarschijnlijk ook geen toeval.

Obama toonde goede wil, bijvoorbeeld door eind vorig jaar een bilateraal klimaatverdrag met China af te sluiten. Goede wil alleen is echter niet genoeg. Zo heeft het land het Kyotoprotocol nooit geratificeerd omdat het niet door de Senaat kwam. Die situatie moet in Parijs voorkomen worden.

Het is echter de vraag of de encycliek hier veel aan kan bijdragen. De reactie van de katholieke Republikeinse presidentskandidaten was ronduit teleurstellend. Rick Santorum riep de kerk letterlijk op “wetenschap aan de wetenschappers over te laten”. Jeb(!) Bush meldde dat “zijn economische beleid niet door bisschoppen wordt bepaald, noch door kardinalen en ook niet door de paus.”

Tot voor kort was ongeveer een kwart van de Amerikaanse bevolking katholiek. Dit cijfer is echter hard aan het dalen. De opstelling van de presidentskandidaten wordt echter ook ingegeven door de belangen van hun geldschieters. Waarschijnlijk zullen de gevolgen van klimaatverandering, zoals droogte in Californië, orkanen in Florida en overstromingen in Iowa, een grotere impact hebben op de publieke opinie dan de mening van de paus.

Latijns-Amerika en Afrika

Latijns-Amerika huisvest meer dan 425 miljoen katholieken, ongeveer veertig procent van de totale katholieke bevolking op de wereld. Bovendien is de huidige (en eerste Latijns-Amerikaanse) paus erg populair in dit werelddeel. In Afrika is ongeveer vijftien procent van de bevolking katholiek, de grootste concentratie is te vinden in Centraal-Afrika.

Veel van deze landen maken, als het gaat om klimaatonderhandelingen, deel uit van de G77. Dit is een landenblok van ontwikkelingslanden die nauwelijks hebben bijgedragen aan klimaatverandering omdat ze simpelweg nooit industrie gekend hebben. Tegelijk worden deze landen wel het hardst door de gevolgen van klimaatverandering: extreme droogte is mede de oorzaak van veel van de ellende daar. Ze hebben daardoor baat bij een ambitieus klimaatakkoord, maar willen ook financiële hulp voor de kosten die klimaatverandering en klimaatbeleid met zich meebrengt. Hoewel de landen absoluut een punt hebben, zijn hun eisen vaak onrealistisch hoog en levert het vaak heftige emotionele speeches op. Dat draagt dan weer op zo’n top niet bij om landen als de VS mee te krijgen. Vooral de anti-Amerikaanse retoriek van Zuid-Amerikaanse landen (denk Bolivia en Venezuela) doet vaak meer kwaad dan goed.

De paus schrijft in zijn encycliek dat klimaatverandering de armste landen het hardste treft en roept op tot een herverdeling van de welvaart. Hoewel dit inderdaad hard nodig is, kan het ook ertoe leiden dat de G77-landen zich verder in hun klimaatfinancieringsloopgraaf vastzetten. In dat geval zal het encycliek de onderhandelingen juist bemoeilijken. Het zal dus interessant worden hoe zijn woorden geframed gaan worden in die regio's.

De groene paus

De klimaat-encycliek van paus Franciscus kan zeker bijdragen aan een positieve opstelling richting Parijs. In sommige delen van de wereld zal het ongetwijfeld meer teweeg brengen dan alle oproepen die Ban Ki-moon tot dusver gedaan heeft. Zolang het encycliek niet leidt tot een meer starre houding van ontwikkelingslanden op het gebied van klimaatfinanciering, dan kan het zeker een positieve impact hebben op het geopolitieke krachtenveld rondom de klimaatonderhandelingen in Parijs. Want eerlijk is eerlijk: de paus doet qua fanbase niet onder aan Pharell en bovendien hebben zijn woorden vaak meer impact dan het laatste rijmpje van dit hitwonder.