Voorgelezen door Martine Doppen Afspelen op YouTube

Inleiding

We zijn allemaal met elkaar verbonden. Dat is geen loze kreet. Of weeïg wensdenken. Het is de realiteit van de 21e eeuw. De eeuw waarin verschuilen achter de dijken definitief tot het verleden behoort. Landen, bedrijven en mensen zijn meer met elkaar verbonden dan ooit. Een virus dat in China opduikt, bereikt Nederland in een oogwenk. De spullen die we hier kopen, hebben direct invloed op fabriekswerkers in Bangladesh. De CO2 die we hier uitstoten, leidt tot hitterecords en dwingt mensen op de vlucht in Afrika. Globalisering is een feit. De vraag is: welke globalisering willen we?

De globalisering van de 20e eeuw stond in het teken van handel. Handel waarin alleen de laagste prijs telt. Handel die grote bedrijven en rijke landen nog rijker maakt. Maar de wereld armer. De ongelijkheid neemt toe, oerbossen verdwijnen, oceanen worden leeggevist, ijskappen smelten, inheemse volken worden in hun bestaan bedreigd. En deze globalisering heeft Nederland en Europa ook nog eens erg kwetsbaar en afhankelijk gemaakt van landen als China en India voor onmisbare zaken, zoals vaccins, medicijnen en mondkapjes.

GroenLinks strijdt voor een andere globalisering. Een globalisering waarin we naïef economisme vervangen door internationale solidariteit, mondiaal klimaatbeleid, bescherming van mensenrechten en strategische onafhankelijkheid. Met een zelfbewust Europa waarin Nederland zich niet vrekkig en kortzichtig opstelt, maar solidair en gericht op duurzame welvaart en welzijn voor noord, oost, zuid, en west. De coronacrisis laat eens te meer zien dat globalisering geen keuze is. GroenLinks strijdt ervoor om die globalisering duurzaam en eerlijk te maken.

icoon van de vlag van de europese unie

1. Voor verandering in Europa

De toekomst van Nederland ligt in een sterk en verenigd Europa. Een Europa dat strijdt voor vrede, veiligheid, democratie en persvrijheid. Wereldwijd en op ons eigen continent. Een Europa waarin je kunt werken, leren, ondernemen en reizen zonder grenzen. Een Europa waarin onze economische toekomst groen is. Een Europa waarin grote bedrijven op een eerlijke manier bijdragen aan onze samenleving. En een Europa dat mensenrechten en de rechtsstaat beschermt. Maar om dat alles werkelijkheid te laten worden, moet er veel veranderen in Europa.

Want van het Europa van de afgelopen decennia hebben vooral grote bedrijven geprofiteerd. Ten koste van werknemers en ten koste van het klimaat. De Europese Unie is afgedreven van haar bedoeling: mensen verbinden. De coronacrisis biedt een kans voor een groener, eerlijker en inclusiever Europa. GroenLinks zet zich in voor ambitieuze investeringen in digitalisering en groene innovatie. Voor landbouwsubsidies die de overgang naar natuurinclusieve landbouw niet in de weg staan, maar stimuleren. Voor gelijke rechten voor alle werknemers. Voor het aanpakken van belastingontwijking door grote bedrijven.

Dat andere Europa vraagt ook een ander Nederland. Tijdens de coronacrisis bleek weer eens hoe kortzichtig eigenbelang de boventoon voert bij het kabinet-Rutte. Nederland koppelde noodzakelijke financiële steun voor landen die hard waren getroffen door corona aan eisen die leiden tot meer werkloosheid en armoede daar. Dat is niet alleen oneerlijk, het is ook economisch dom. De Nederlandse economie is gebaat bij investeringen en bij welvaart in andere Europese landen. Europese solidariteit is goed voor ons allemaal.

Programmapunten

1. Om uit de coronacrisis te komen, investeert de Europese Unie in de economie en de banen van de toekomst. De Europese Green Deal en de Digitale Agenda vormen daarvoor een goede basis. Nederland zet zich in voor Europese steunpakketten, met sociale en groene voorwaarden, voor landen die door corona in grote problemen zijn gekomen. We werken aan het versoepelen van de strenge Europese begrotingsregels in deze crisistijd, waardoor landen meer ruimte krijgen om te investeren in hun economie.

2. De toekomst van Europa is groen. Verhoging van de Europese CO2-heffing wordt diplomatieke topprioriteit. Er gaan geen Europese subsidies meer naar fossiele energie en uiterlijk in 2030 zijn alle kolencentrales in de Europese Unie dicht. De Europese Investeringsbank richt zich op groene innovatie, duurzame energie en energiebesparing. De EU krijgt een supernet voor groene stroom om schommelingen in het aanbod van groene energie op te vangen. Door importheffingen (‘carbon border tax’) in te voeren op met name soja en palmolie krijgt de lokale Europese teelt een serieuze kans, terwijl ontbossing elders wordt tegengegaan. De EU komt met strenge regels voor hergebruik van grondstoffen en het verminderen van afval. Hiermee bouwen we aan een circulaire economie met groene banen.

3. De Europese Unie moet socialer. Nederland spant zich in Europa in voor hogere sociale standaarden en het versterken van de rechten van werknemers, bijvoorbeeld met een Europees minimumloon. Vrij verkeer van werknemers mondt niet langer uit in uitbuiting van mensen. We willen dat het Europees economisch, handels en interne marktbeleid de publieke sector steunt en niet aanspoort tot marktwerking. Landen moeten vrij zijn om hun publieke sector, zoals de zorg, niet aan te besteden op de markt.

4. Grote bedrijven gaan in Europa eerlijk belasting betalen. De basis voor het betalen van winstbelasting wordt overal in de EU hetzelfde. Hierdoor gaan landen niet meer onderling concurreren met te lage belastingtarieven en voordeeltjes voor grote bedrijven. Grote bedrijven worden verplicht om in ieder land waar ze actief zijn publiekelijk te rapporteren over de belasting die ze betalen en de subsidies die ze krijgen.

5. De Europese rechtsstaat is niet onderhandelbaar. De Europese Unie treedt hard op tegen landen waar de rechtsstaat of mensenrechten worden bedreigd, zoals Hongarije en Polen. Zo nodig door het intrekken van subsidies of het aanspannen van procedures bij het Europese Hof van Justitie. Het Hof krijgt meer bevoegdheden om in te grijpen bij schending van fundamentele Europese waarden, waaronder mensenrechten, democratie, vrijheid van pers en de onafhankelijke rechtspraak. In het uiterste geval worden EU-landen die de rechtsstaat niet respecteren, uitgesloten van stemmingen binnen de EU.

6. Nederland houdt zich aan de toetredingsafspraken die ze in de EU heeft gemaakt. Dat betekent dat de toetredingsonderhandelingen met Albanië en Noord-Macedonië worden gestart. Deze landen kunnen alleen toetreden als ze voldoen aan de toetredingscriteria, zoals een sterke democratie, onafhankelijke rechtspraak, bestrijding van corruptie en het garanderen van mensenrechten. In het geval van een sterke verslechtering van deze criteria, zoals in Turkije, worden de toetredingsonderhandelingen beëindigd. Wij blijven de EU mede zien als een vredes-en ontwikkelingsproject en sluiten toetredingsafspraken met nieuwe landen niet uit, uiteraard onder voorwaarde van genoemde toetredingscriteria.

7. De Europese Unie moet een sterker front vormen tegen de bedreigingen vanuit landen als China en Rusland. Ook moet de EU onafhankelijker worden van de Verenigde Staten, ongeacht wie er in het Witte Huis zit. Om het buitenlandbeleid van de EU krachtdadiger en effectiever te maken, worden nationale veto’s afgeschaft. Nederland investeert in nieuwe bondgenootschappen met gelijkgezinde landen en regio’s, zowel binnen als buiten de EU.

8. We werken aan een meer democratische Europese Unie. Het Europees Parlement krijgt de mogelijkheid om zelf voorstellen te doen voor nieuwe wet- en regelgeving. Besluitvorming in de Raad van Ministers wordt transparanter door de standpunten van individuele landen openbaar te maken. Uiteindelijk is voor deze democratisering een verdragswijziging nodig. Er komt een Europese Wet openbaarheid van bestuur, die van openbaarheid van documenten de regel maakt. Nederland krijgt een staatssecretaris of minister voor Europese Zaken. We blijven werken aan verdere Europese integratie.

9. We betreuren het dat het Verenigd Koninkrijk heeft gekozen voor een Brexit. Toch blijft het Verenigd Koninkrijk een belangrijke partner voor de Europese Unie en Nederland. We streven naar een eerlijk en groen handelsakkoord met een gelijk speelveld, zonder een race to the bottom ten koste van mens en planeet. We blijven de samenwerking zoeken met het Verenigd Koninkrijk op mensenrechtengebied, versterking van de multilaterale wereldorde, veiligheid en de aanpak van klimaatverandering.

icoon van een duif

2. We strijden voor vrede en veiligheid

Leven in vrede en veiligheid zou voor iedereen vanzelfsprekend moeten zijn. Waar op de wereld je ook woont. Helaas kunnen we dagelijks zien dat dit voor te veel mensen niet de realiteit is. Als een van de rijkste landen ter wereld draagt Nederland een grote verantwoordelijkheid. Een verantwoordelijkheid om zich in te zetten voor diplomatie en het voorkomen van gewapende conflicten. Om te strijden tegen genocide en schendingen van mensenrechten. Om wereldwijd vrede en veiligheid te bevorderen. En om dat te doen in samenwerking met andere landen binnen de Europese Unie en de Verenigde Naties.

Als alle niet-militaire opties voor het beschermen van mensen zijn uitgeput, kunnen militaire interventies nodig zijn. Maar we weten tegelijkertijd dat militair optreden op zichzelf niet tot duurzame vrede leidt. GroenLinks steunt alleen militaire interventies als uiterste redmiddel en als deze hand in hand gaan met langdurige diplomatie, humanitaire hulp en wederopbouw. En als er een helder mandaat is vanuit het internationale recht, bijvoorbeeld via de Verenigde Naties. GroenLinks is voorstander van betere militaire samenwerking binnen de Europese Unie, waarbij ons eigen leger meer gespecialiseerde taken uitvoert.

Programmapunten

1. Nederland zet zich in voor betere samenwerking tussen krijgsmachten binnen de Europese Unie. Onze land- en luchtmacht werken zoveel mogelijk samen met de krijgsmacht van landen om ons heen. We werken toe naar een Europese defensiemacht, waarbij de inzet van Nederlandse militairen altijd het mandaat blijft van het Nederlandse parlement. We willen een gezamenlijke EU-zetel in de VN-Veiligheidsraad. Nederland zet zich in voor de versterking van niet-militaire middelen van de Europese Unie ten behoeve van conflictpreventie, diplomatie en civiele vredesmissies.

2. We geven ons leger meer gespecialiseerde taken en vergroten de slagkracht door kritisch te kijken naar de effectiviteit van zowel onze omvangrijke als onze kleinere militaire missies in het buitenland. We investeren in de marine, die we ook inzetten om het Caribische deel van ons Koninkrijk te beschermen. Daarnaast zet Nederland in op het tegengaan van onlineoorlog (’cyberwar’), de beveiliging van informatie en versterking van de diplomatieke dienst.

3. We spannen ons in om wapens de wereld uit te helpen. Nederland ondertekent het VN-verdrag tot een verbod op kernwapens en we maken ons hard voor het wereldwijd nakomen van verdragen tegen landmijnen en clusterbommen. Binnen de EU nemen we initiatieven tot wederzijdse ontwapening, waarbij ook kernmachten als China, India Rusland en de Verenigde Staten worden betrokken. Nederland streeft naar strikte internationale afspraken die de inzet van nieuwe wapensystemen, zoals bewapende drones, cyberaanvallen en hypersone raketten, tegengaan. We streven naar een internationaal verbod op autonome wapensystemen.

4. Ons land biedt geen plaats aan wapenbeurzen en de overheid ondersteunt Nederlandse bedrijven niet bij deelname aan internationale wapenbeurzen. Nederland wordt strenger in het verlenen van exportvergunningen voor wapens aan landen die ze mogelijk voor verkeerde doeleinden inzetten. Bij voorkeur in Europees verband, maar als het moet zelfstandig. Technologie en apparatuur voor cybersurveillance gaan ook onder het wapenexportbeleid vallen.

5. Nederland draagt bij aan rechtvaardige oplossingen van de meest ontwrichtende conflicten. De langdurende (burger)oorlogen in Afghanistan, Jemen, Libië en Syrië vragen om internationale vredesbemiddeling, met een leidende rol van de Europese Unie en de Verenigde Naties. We zetten ons in voor een rechtvaardige behandeling van de Koerden. In het Israëlisch-Palestijnse conflict streven we naar een rechtvaardige tweestatenoplossing. Geweld brengt in dit asymmetrisch conflict deze oplossing niet dichterbij. We maken ons hard tegen het disproportionele geweld en de intimidatie door Israël, de annexatie van Palestijns grondgebied door de bouw van nederzettingen en de economische belemmeringen, die de Palestijnen hard raken en duurzame vrede in de weg staan. Nederland pleit voor opschorting van het associatieverdrag tussen de Europese Unie en Israël, zolang Israël doorgaat met ernstige schendingen van het internationaal recht. Nederland erkent Palestina als staat en dringt er bij het Palestijns leiderschap op aan om vrije verkiezingen te organiseren. Producten uit nederzettingen in bezet Palestijns gebied moeten herkenbaar zijn aan hun etiket.

6. Nederland werkt aan het versterken van de Verenigde Naties. Van de VN-organisaties vragen we transparantie, kwaliteit en onafhankelijkheid. Onder die voorwaarden krijgt de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) een uitbreiding van haar mandaat om meer eigen onderzoek te doen en overheden te adviseren. Daarmee kunnen wereldwijde gezondheidscrisissen, zoals corona, sneller en beter worden aangepakt. Nederland zet zich in voor een beter functioneren van de VN-Mensenrechtenraad.

7. De verantwoordelijken voor het neerhalen van MH17 moeten worden berecht. Hiervoor benutten we alle mogelijke diplomatieke en juridische kanalen, zoals doorgaan met het proces om Rusland staatsaansprakelijk te maken. Om een dergelijke ramp in de toekomst te voorkomen, moeten luchtvaartorganisaties en overheden sneller informatie uitwisselen zodat het luchtruim tijdig kan worden afgesloten.

icoon van dollars en een wereldbol

3. Eerlijke internationale politiek

Eerlijke en duurzame handel is goed voor iedereen. Voor ondernemers die de kans krijgen hun producten aan meer mensen te verkopen. Voor consumenten die een grotere keuze hebben voor een goede prijs. Voor landen die hun economie kunnen ontwikkelen en banen creëren. Maar de internationale handel is nu niet eerlijk en duurzaam. Handelsakkoorden bevoordelen grote bedrijven en rijke landen. Bedrijven verplaatsen hun productie naar de landen waar de lonen het laagst zijn, werknemers het slechtst zijn beschermd en milieuregels ontbreken.

En als dan de coronacrisis uitbreekt, vallen in die landen de hardste klappen. GroenLinks wil een ander systeem, een systeem van eerlijke en duurzame handel. Handel die ten dienste staat van mens en planeet, en niet van geld en grote bedrijven. Handel waarin mensenrechten, welzijn, klimaat, natuur en dierenwelzijn belangrijker zijn dan zoveel mogelijk geld verdienen. We zetten in op regionale productie als alternatief voor het eindeloos over de wereld slepen van spullen.

Het aanpakken van de klimaatcrisis en het opkomen voor mensenrechten staan centraal in de visie van GroenLinks op de wereld. Ontwikkelingssamenwerking komt ten goede aan de mensen die dat het hardste nodig hebben. Juist nu corona keihard toeslaat in de armste landen zetten we het bestrijden van armoede en ongelijkheid bovenaan de agenda. We steunen wereldwijd maatschappelijke bewegingen die opkomen voor natuur en mensen.

Programmapunten

1. Eerlijke en duurzame handel vraagt om nieuwe regels. Handelsakkoorden moeten gaan voldoen aan internationale standaarden waar Nederland en Europa voor hebben getekend, zoals de duurzame ontwikkeldoelen van de Verenigde Naties en de OECD-richtlijnen voor eerlijke handel. Dat betekent: transparantie over de hele productieketen, leefbare lonen, veilige arbeidsomstandigheden, aandacht voor dierenwelzijn en het respecteren van mensenrechten. Buitenlandse investeerders krijgen bij handelsakkoorden geen speciale behandeling en moeten zich gewoon houden aan deze richtlijnen en de wet in de landen waar ze actief zijn. Nederland maakt zich in het bijzonder hard voor de invoering en ratificatie van het bindende VN-verdrag voor bedrijfsleven en mensenrechten, om bedrijven te verplichten de mensenrechten te respecteren.

2. Nederland wordt koploper in internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen (IMVO) en ziet streng toe op duurzaamheidsclaims en keurmerken. We voeren nieuwe IMVO-wetgeving in en zetten ons in voor Europees beleid hierop. De overheid maakt MVO onderdeel van de aanbestedingscriteria en controleert of hieraan wordt voldaan. Daarbij betaalt zij een eerlijke prijs die een leefbaar loon voor boeren en arbeiders mogelijk maakt. De Nederlandse overheidsfinanciering van export is fossielvrij in 2025. We sluiten internationale partnerschappen voor duurzame energie, bijvoorbeeld voor groene waterstof uit landen met veel zon en ruimte. Nederland maakt binnen de Europese Unie prioriteit van een Europese bossenwet waarin bedrijven alleen producten op de Europese markt mogen brengen die niet tot ontbossing leiden.

3. Nederland draagt internationaal bij aan het aanpakken van mensenrechtenschendingen. Via de ambassades zetten we ons in voor de bescherming van mensenrechten zoals gelijke behandeling, vrijheid van meningsuiting, eerlijke rechtspraak en het recht op een behoorlijke levensstandaard. Daarnaast komt zij op voor arbeidsrechten zoals vakbondsvrijheid, het tegengaan van kinderarbeid, veilige arbeidsomstandigheden en uitbetaling van een leefbaar loon. Nederland zet zich op proactieve en constructieve wijze in voor de onderhandelingen van het VN-verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’.

4. Nederland staat internationaal voor klimaatrechtvaardigheid en het aanpakken van de klimaatcrisis. We nemen als rijk land onze (historische) verantwoordelijkheid bij het ondersteunen van landen die het heftigst lijden onder de effecten van klimaatverandering, met oog voor hun ontwikkelingspositie. Hierbij proberen we lokale gemeenschappen zoveel mogelijk zeggenschap te geven. Nederland dringt er bij de EU en de VN op aan dat in bestaande conflictresolutiemethoden aandacht wordt besteed aan een gelijke verdeling van basisbehoeften als voedsel en water. We werken (inter)nationaal aan de erkenning van het mensenrecht op duurzame ontwikkeling, een stabiel klimaat en een gezond en schoon leefmilieu voor huidige en toekomstige generaties.

5. We besteden 0,7 procent van ons bruto nationaal product aan ontwikkelingssamenwerking. Klimaatsteun voor ontwikkelingslanden komt bovenop de uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking en de opvang van asielzoekers wordt niet betaald uit het ontwikkelingsbudget. We richten ons bij ontwikkelingssamenwerking op armoedebestrijding, het tegengaan van corruptie, aanpassing aan klimaatverandering, zeggenschap over de eigen natuurlijke hulpbronnen en het versterken van onderwijs, zorg en goed bestuur. We kiezen vaker voor het direct verstrekken van een basisinkomen om zo de extreme armoede aan te pakken. We zetten ons in voor kwijtschelding van de torenhoge schuldenlast van de armste landen. We maken het voor migranten gemakkelijker om geld over te maken naar herkomstlanden. Tegelijkertijd gaan we wegsluizen van geld door corrupte regimes naar Europa tegen. Nazaten uit gebieden waar de gevolgen van Nederlands kolonialisme nog voelbaar zijn en diaspora's die elders kampen met conflicten, mensenrechtenschendingen en/of ecocide, worden actief betrokken bij het buitenlandbeleid en diplomatieke missies.

6. Mensenrechten zijn de hoeksteen van het Nederlandse buitenlandbeleid. We komen op voor strijders voor mensen- en vrouwenrechten, voor milieuactivisten, LHBTIQ+-bewegingen, (religieuze) minderheden en inheemse volken. We stimuleren de participatie van vrouwen en kinderen bij het voorkomen en oplossen van gewapende conflicten, bij vredesonderhandelingen en bij wederopbouw. Opkomen voor seksuele en reproductieve rechten is in deze tijd extra belangrijk en dient een speerpunt te blijven van ontwikkelingssamenwerking. We ondersteunen wereldwijd bewegingen die strijden voor democratie, rechtsstaat en persvrijheid.